Persoonlijke verhalen verbinden

verleden met het heden

AALTEN - Het Nationaal Onderduikmuseum staat sinds 2004 op de Markt in Aalten, midden in het dorp. Tijdens de oorlog woonde hier een gezin: pa en ma Kempink en hun kinderen. En dat niet alleen. Op zolder woonden onderduikers terwijl beneden in de voorkamer het bureau van de Ortskommandant gevestigd was. In de kelder konden buurtbewoners terecht om te schuilen tegen de bombardementen. “Het museum geeft een invoelbare impressie van het alledaagse leven tijdens de Tweede Wereldoorlog. En het doet meer. Het is het verhaal van een gezin dat representatief is voor tal van andere gezinnen in oorlogstijd”, zegt Gerda Brethouwer, directeur van het museum.

Door Joyce de Schepper

Bovendien heeft het museum een grote collectie voorwerpen, beeldmateriaal en verhalen. Verhalen van betrokkenen, ooggetuigenverslagen, opgetekende verhalen in dagboeken, achtergelaten briefjes. “Uit al die documenten klinken de stemmen door van mensen die keuzes moesten maken tijdens deze moeilijke periode in onze geschiedenis. Het zijn juist die persoonlijke verhalen die inzicht geven en het verleden met het heden verbinden.”

Verhalenvangers

Na de bevrijding verschijnen er stapels boeken. Vooral plaatselijke uitgaven. “Nu weten we hoe belangrijk het is om lokale verhalen aan elkaar te rijgen. Want ook die ervaringen staan niet op zichzelf. Al die gebeurtenissen verteld door verschillende mensen kunnen interessante ontbrekende puzzelstukjes naar boven brengen. Een mooi voorbeeld is het verhaal van Joop Levy”, vertelt Gerda. “Joop zat samen met zijn ouders ondergedoken. Het kind hoorde het geluid van vliegtuigen, maar kon ze niet zien. Op zijn achtste verjaardag kreeg hij een speelgoedvliegtuigje, gemaakt uit een oude wc-bril, door zijn neef Jonny Levy en de Russische piloot Alex Sidorov. Uit verschillende verhalen bleek dat de Rus niet alleen in Aalten ondergedoken zat, maar ook in Lichtenvoorde bij de familie Geurink en elders.” Inmiddels is er een onderzoeksgroep. Ze zijn begonnen als ‘Verhalenvangers’ om verhalen vast te leggen en gegevens met elkaar te verbinden. “Voor onze en vooral ook voor de generatie(s) na ons.”

Burgerleger

De stroom aan verhalen gaat door. En uit al die verhalen ontstaat vaak gaandeweg een thema. Zoals nu met het Dutch National Battalion. Het was Henk Krosenbrink die het boek ‘Het vergeten bataljon’ in 1984 schreef met als subtitel ‘het Dutch National Battalion (DNB) en zijn mensen’. Hij beschreef de geschiedenis van onderduikers en leden van het leger. “De aandacht voor het burgerleger is weggezakt en niet in de rest van Nederland doorgedrongen. Het is tijd dit offi ciële onderdeel van het Canadese leger aandacht te geven met deze expositie. Het DNB bestond uit meer dan 400 onderduikers en verzetsmensen uit heel Nederland: een gemêleerd gezelschap van pilotenhelpers, vrouwen, Joden, studenten, militairen, Rijksduitse deserteurs en Arbeitseinsatz-weigeraars en boerenzoons. De burgers werden getraind door militairen, hier in de grensregio vaak door gestrande piloten. Het verhaal dat veel burgers een actieve rol hebben gespeeld in de strijd voor onze vrijheid is minder bekend. DNB’ers keerden verspreid door het land naar huis. Mensen uit de regio lopen niet zo te koop met wat er hier is gebeurd en wilden na de oorlog vooral vooruitkijken. In ons museum willen we graag deze geschiedenis en de verhalen gebruiken om met elkaar in gesprek te gaan over vrijheid en onze toekomst.”

De expositie loopt vanaf 15 april en is te zien tot 15 april 2026. 

Lees het artikel in de Vrijheidskrant
Bekijk meer informatie over 80 jaar vrijheid op deze pagina.